Auteur

Wat te denken van een tiener die een album aanlegt met postkaarten van het werk van René Magritte en Paul Delvaux? Haar voorliefde voor de kunst van onze twee bekendste Belgische surrealisten bracht Lisbeth Claus als prille twintiger in contact met Georgette Berger, de weduwe van René Magritte, en met de toen nog actieve Delvaux. Beide schreven ze iets in haar gekoesterde prentenboek. Kunnen deze zinnen ons vandaag een sleutel aanreiken om het werk van Magritte en Delvaux te ontraadselen?

Lisbeth Claus verhuisde van de Belgische kust naar de andere kant van de oceaan en nam haar artistieke voorkeur en souvenirs mee op haar internationale loopbaan in human resources management. Maar drong ze na al die tijd ook echt door tot het artistieke mysterie? Slaagde ze erin om dé sleutel te vinden tot het werk van Magritte en Delvaux? In dit boek blikt Lisbeth terug op de bijzondere ontmoetingen van begin jaren 1970. Een omkijken dat niet uitmondt in een nostalgische reis naar het verleden, maar in een verkenning van het ‘mysterie Magritte’ en ‘doolhof Delvaux’. In dit relaas gaat ze op zoek naar antwoorden, antwoorden die zowel zoeken naar de vreemde voorliefde van een meisje, als naar de bevreemdende schilderijen van de twee kunstenaars, die wel eens in één adem genoemd worden, maar in een heel ander universum vertoefden.

Luc De Decker tekent het verhaal van Lisbeth Claus op en kunstschilder-historicus Koen Broucke volgt het spoor van haar exploratie en creëert er een nieuwe reeks schilderijen, tekeningen en collages bij. Dit werk voegt een extra verhaalniveau toe, lokt nieuwe inzichten uit en durft verleiden tot een persoonlijke overpeinzing en schitterende bespiegelingen.

Auteurs: Lisbeth Claus, Luc De Decker
Illustraties: Koen Broucke

21 x 27 cm
96 pagina’s, soft cover met flappen
Nederlandstalige uitgave